Jona wordt door God geroepen om naar Nineve te gaan. Maar hij wil liever niet. Hij gaat mee op een schip, de andere kant op maar God laat een storm komen. Jona weet dat God it doet en zegt tegen de andere, ik heb niet naar God geluisterd. Gooi mij maar in zee, dan wordt de storm weer kalm.
God redt hem, door een grote vis te sturen, waar hij een paar dagen inzit, waarna hij alsnog naar Nineve gaat.
Daar verteld hij de mensen dat ze moeten veranderen anders zullen ze vergaan. Als God ziet dat ze spijt hebben, vergeeft hij hen en geeft ze nog een kans. Gods goedheid is ook een les voor Jona.